3.2 Normen en waarden, hoe gaat het in de praktijk?
Wij hechten veel waarden aan een gemoedelijke sfeer waar iedereen zich prettig en vertrouwd bij voelt.
Een kind kan niet opgroeien zonder waarden en normen. Iedere ouder is bezig met afwegen en afvragen in de opvoeding. ‘Wat gebeurt er als ik iets doe of nalaat?’
Maar niet alleen ouders dragen waarden en normen over, dat doet het hele referentiekader van het kind; waaronder ook Coccinelle valt. Ook op Coccinelle zijn verschillende waarden van belang. Bij waarden denken we na over wat waardevol is en welke waarden we vooropzetten. Normen zijn afgeleid van de waarden die we hebben en staan in dienst van deze waarden.
Graag zetten wij hieronder uiteen hoe wij onze normen en waarden in de praktijk brengen:
‘s Morgens uitzwaaien
Het brengen van het kind is een belangrijk moment van de dag. Het kind zal afscheid moeten nemen van zijn ouders. Sommige kinderen kunnen het moeilijk hebben met het loslaten van de ouder. De belofte dat het kind later op de dag opgehaald zal worden, stelt hem/haar niet altijd gerust: iemand die uit het zicht verdwijnt, kan in de ogen van het kind definitief weg zijn.
Het is van belang dat het kind weet dat de ouder vertrekt en dat dit niet onopgemerkt gebeurt. De pedagogisch medewerker zal het kind overnemen bij het weggaan van de ouder en vervolgens samen zwaaien. Verdriet bij het afscheid mag, een knuffel of eventueel een speentje kan hierbij helpen. Ook kan een pedagogisch medewerker het kind afleiden waardoor het zijn verdriet sneller vergeet. Dit proces kan bespoedigd worden door het afscheid kort te houden. Ook door onzekerheid van de ouders over het achterlaten van hun kind, bestaat de kans dat het kind meer moeite heeft met het afscheid nemen. Er is altijd een mogelijkheid, wanneer die behoefte er is, tot telefonisch contact met een van de pedagogisch medewerkers.
Eetmoment
Op de dag zijn er verschillende momenten dat kinderen aan tafel gaan om te eten. In het dagprogramma zijn vaste tijden voor de eetmomenten ingedeeld, dit biedt de structuur van de dag en is voor de kinderen voorspelbaar. Voor en na het eten worden de handjes en gezichtjes gepoetst door de kinderen zelf of door een pedagogisch medewerker. Het eetmoment is een gezamenlijk moment. Het eetmoment wordt begeleid door de pedagogisch medewerker waarbij het uitgangspunt is dat een kind niet alleen aan tafel zit. Het eetmoment is ook altijd een moment waarbij er liedjes worden gezongen en met de kinderen contact met de kinderen door verhalen met elkaar te delen. Eten moet een gezellige gelegenheid zijn. Het is belangrijk om aan tafel rust in te bouwen, dat er waardering is voor de maaltijd, dat er met de kinderen gepraat wordt, verhalen worden gedeeld en humor.
De kleinere kinderen zitten op de trip-trapstoel naast de pedagogisch medewerker, voor de veiligheid en het begeleiden van hand-mond coördinatie. Kinderen die komen wennen zitten ook naast een pedagogisch medewerker zodat het kind zich geborgen en veilig voelt.
Tijdens de maaltijd hanteren de pedagogisch medewerkers een aantal normen. Het is bijvoorbeeld belangrijk dat de kinderen leren netjes te eten, niet proppen en van het bordje te eten. Ook is het belangrijk dat kinderen leren op elkaar te wachten.
Slaapmoment
Slapen is een dagelijks terugkerend ritueel op een kinderdagverblijf. Om alle indrukken en belevenissen van een intensieve dag op Coccinelle te verwerken, kan een rustperiode onontbeerlijk zijn.
Ieder zijn eigen slaapje
We kijken naar het slaapritme van het individuele kind. Het kan zijn dat een kind op Coccinelle, meer of minder slaapt dan thuis; afhankelijk van de invloed van de indrukken en belevenissen.
Elke groep heeft een eigen slaapkamer en we proberen het kind zoveel mogelijk in hetzelfde bedje te leggen. Wanneer een kind niet tot rust komt in de slaapkamer, waardoor het andere kinderen hun slaap ontneemt, proberen we het op een ander tijdstip nog een keer.
Slaapzak en knuffel
Veel kinderen op Coccinelle slapen in een slaapzak; door het bewegen worden vaak de dekens weggetrapt en door de slaapzak blijft het kind warm. De oudere kinderen slapen in een pyjama of T-shirt.
Veel kinderen maken gebruik van een speen en/of knuffel(s) van thuis. Een knuffel worden door het kind gevoeld als iets wat emotioneel met de ouders en thuis te maken heeft. Het zorgt voor een veilig en geborgen gevoel, waardoor het kind eerder tot rust kan komen. Belangrijk bij het naar bed gaan is de rust die van tevoren wordt ingebouwd. Na de lunch worden er vaak boekjes gelezen, naar een hoorspel geluisterd op de grond bij de cd-speler of een rustige activiteit aangeboden. Het onderstoppen, aai over de bol of knuffel geven bij het kind is een belangrijk onderdeel voor het slapen gaan.
Zodra de kinderen wakker worden kunnen ze op de groep acclimatiseren met de knuffel of speen om weer met het ritme van het groepsgebeuren mee te doen.
Wiegendood
Wiegendood is helaas nog steeds een actueel onderwerp. Het kan zijn dat een kind een bepaalde houding heeft, waarin het graag slaapt. Wanneer een kind graag op zijn buik slaapt, zullen ouders hier toestemming voor moeten geven, middels een handtekening.
Altijd fris
Tenslotte: de bedden worden iedere week verschoond en de slaapkamers worden dagelijks gelucht.
Verschonen
Verschonen is een ritueel wat de gehele dag door terugkomt. Daarnaast zijn er vaste verschoonmomenten: voor en na het slapen en eten, voor het naar huis gaan. Verschonen is niet alleen een hygiënische aangelegenheid, maar tevens een één op één contactmoment tussen pedagogisch medewerker en kind. Tijdens het verschonen is er de gelegenheid om samen te praten of wordt er een liedje gezongen wat bijdraagt aan de o.a. de taalontwikkeling.
Zindelijk worden
Het kind geeft zelf aan wanneer hij toe is aan zindelijkheidstraining. Dit neemt niet weg dat ouders of Coccinelle hem/haar hierin kunnen stimuleren. We laten het kind kennismaken met het potje en later het toilet. Daarnaast werken wij met een beloningssysteem door bij elk plas of poepje een sticker uit te zoeken en deze op te plakken op zijn beloningskaart.
Een kind mag niet verplicht worden om op een potje te gaan zitten, het moet zelf willen! De zindelijkheidstraining kent vaste momenten. Deze komen overeen met de verschoonmomenten. Kinderen die aan het oefenen zijn lopen mee naar het toilet en hebben zelf de keuze of ze op het potje willen. Wanneer een kind daadwerkelijk zindelijk is, zal het zelf aan kunnen geven wanneer het naar het toilet moet.
En na het plassen …… handjes wassen!
Spelen
Spelen is belangrijk voor de ontwikkeling van kinderen. Spelenderwijs ontdekken kinderen zichzelf en de wereld om hen heen. Spelen draagt bij aan de ontwikkeling van hun lichaam, verstand, gedrag, taal, gevoel en fantasie.
Spel is een ruim begrip. Voor Coccinelle staat voorop dat het kind er plezier aan beleeft.
Iedere leeftijd heeft bepaalde kenmerken als het gaat om spelbeleving:
De baby…
…speelt hoofdzakelijk alleen, hij is nog vrij passief. De hersenen moeten zich nog gedeeltelijk ontwikkelen. Zijn spel is gericht op zintuiglijk plezier en bewegen. Het is ´bewegen om het bewegen´. De behoefte aan ‘echt’ speelgoed is er daarom nog niet. Alles kan speelgoed zijn. Na verloop van tijd gaan baby’s met hun eigen lichaam spelen. Brabbelen, geluidjes maken en mondbewegingen horen bij dit spel. Zij gaan uit zichzelf op ontdekkingstocht. Op de groepen is er dan ook materiaal aanwezig om naar te kijken, te luisteren, in beweging te zetten, te betasten en te beproeven.
De dreumes…
… speelt nog niet samen met, maar naast andere kinderen. De dreumes ontdekt spelenderwijs wat hij wel of niet met iets kan doen. Hij doet uiteindelijk datgene met de dingen waarvoor ze min of meer bestemd zijn. Dreumesen hebben elkaar voornamelijk nodig om elkaar na te bootsen. Voor zover ze elkaar betrekken in hun eigen spel wordt de ander spelobject.
De peuter…
… is sterk in ontwikkeling als het gaat om sociale vaardigheden. Ze hebben dus meer mogelijkheden om te kunnen spelen naast elkaar, maar soms ook al met elkaar. Zijn spel wordt ingewikkelder en krijgt steeds meer een bepaalde bedoeling. De peuter heeft niet meer alleen interesse in bewegend en zintuiglijk materiaal, maar ook constructie- en expressiemateriaal.
Spelen met begeleiding
Op Coccinelle komen alle spelbelevingen en interesses voor. Kinderen zien veel van elkaar en leren daardoor van elkaar. De rol van de pedagogisch medewerker in het spel is zorgen voor een veilige en vertrouwde omgeving! Daarbij is het belangrijk om leeftijdsadequaat te werken door bewust in te spelen op de ontwikkelingsgebieden van de kinderen, zowel individueel als in groepsverband. De pedagogisch medewerker stimuleert, begeleidt en geeft het kind complimenten tijdens spel- en activiteitsituaties.
Wanneer een kind ouder wordt, zal de begeleidende rol verkleinen. Op deze manier zal het kind meer voldoening en zelfvertrouwen krijgen, doordat het iets helemaal alleen kan doen. De pedagogisch medewerker zal enkel ingrijpen wanneer er gevaar dreigt, de sfeer op de groep negatief wordt beïnvloed en/of andere kinderen in hun spel belemmerd worden.
Na het spelen wordt er samen opgeruimd. Door het opruimen leren de kinderen ordenen, sorteren en verantwoordelijkheid te dragen. Daarnaast zorgt een opgeruimde groep weer voor rust en uiteindelijk weer ruimte voor nieuwe activiteiten.
Samen spelen, samen delen
In een groep hebben kinderen veel tijd om samen te spelen, maar een kind heeft soms ook de behoefte even alleen te willen spelen. Coccinelle vindt dat kinderen hiervoor de ruimte moeten krijgen. Rust in het hoofdje en lijf, even lekker afzonderen van de rest, zijn momenten die Coccinelle belangrijk vindt voor het welbevinden van het kind.
Buiten spelen
Frisse lucht en daglicht is gezond voor ieder mens. Wanneer het weer het toelaat, gaan we elke dag minstens een keer naar buiten. We kunnen wandelen in het park, of spelen in de tuin van Coccinelle.
Wanneer we gaan wandelen, zitten de kinderen die nog niet kunnen lopen, of niet vlot lopen, in de wandelwagens. De kinderen die kunnen lopen, houden elkaars hand vast, of die van de pedagogisch medewerker. Ook heeft de pedagogisch medewerker altijd een mobiele telefoon bij zich. Wanneer zich een incident voordoet, kan er altijd contact opgenomen worden met Coccinelle.
Buiten in de tuin hebben de kinderen de gelegenheid om te fietsen, in de zandbak te spelen en zich helemaal uit te leven. De kinderen van 0-1 jaar gaan in een wandelwagen naar buiten of met mooi weer op een kleed in de tuin.
Belonen en Corrigeren
Belonen
Belonen wordt zowel verbaal als non-verbaal gedaan. Onder verbaal belonen verstaan wij een positieve benadering van het kind. Complimenten geven en stimuleren is dan ook in het handelen van pedagogisch medewerkers geïntegreerd. Het leren van normen en waarden kan immers alleen door het opdoen van een positieve ervaring.Ook non-verbaal kun je een kind belonen. Bijvoorbeeld door een aai over zijn bol of een glimlach.
Wanneer je in contact staat met een kind ontstaan er uiteraard ook weleens conflictsituaties.
Het zou niet goed zijn als deze er niet waren, er is namelijk sprake van een ‘leerproces van waarden en normen’. Als opvoeder ben je bezig met een voorbeeldfunctie en als kind ben je op zoek naar het ontdekken van grenzen.
Corrigeren
Als men aan conflicten denkt, komen er vaak negatieve associaties naar boven: duwen, trekken, afpakken, huilen, strijd, niet luisteren etc. Maar waar het vaak ook om draait bij kinderen is onduidelijkheid en het ontdekken van grenzen en …. Wat is daar nu zo negatief aan? Hoort dit niet bij ontwikkeling van een eigen ik?
Coccinelle vindt het dan ook van groot belang om voor het aangaan van een conflict, na te gaan waar het gedrag van het kind vandaan komt. ‘Waarom wil het kind niet drinken?’ Misschien kom je er wel achter dat het kind gewoon keelpijn heeft.
Natuurlijk is dit niet altijd het geval. Kinderen zijn bezig met het ontdekken van de wereld en hun plaats hierin: ’Wat kan ik wel, wat niet en waar ligt de grens’. Het valt niet mee om vanuit een situatie te komen waarin je rust en aandacht krijgt van je ouder, deze in een keer te krijgen van een ander en hem dan ook nog eens te moeten delen.
Aan de hand van een voorbeeld leggen we graag uit hoe wij het gedrag van kinderen corrigeren:
- Ivo is met de poppenwagen door de groep aan het rijden. Marieke is ergens anders aan het spelen en ziet ineens Ivo voorbijkomen.’ He, dat is leuk,’ denkt ze. ‘Die wagen wil ik ook wel’. Marieke loopt naar Ivo en duwt hem opzij. De pedagogisch medewerkster kijkt hoe Ivo hierop reageert.
Ivo kijkt Marieke even vreemd aan, maar na enkele seconden loopt hij op haar af en duwt haar terug. Ivo pakt weer de poppenwagen en loopt verder.
Wanneer zich een conflictsituatie op Coccinelle voordoet en het kind weet dat iets niet mag zullen we eerst proberen het gedrag te negeren. Op die manier zal het kind geen aandacht krijgen van de groepsleiding en zal het ‘spel’ minder leuk en interessant worden. Ook geef je een ander kind de gelegenheid om het zelf op te lossen, waardoor hij een voldaan gevoel heeft.
- Marieke kijkt Ivo nu erg boos aan, dat had ze niet verwacht. ‘Ik wil die poppenwagen,’ denkt ze. Weer loopt ze naar Ivo en slaat hem. Ivo begint te huilen en Marieke schrikt van zijn reactie en kijkt angstig naar de pedagogisch medewerkers. Ze weet dat ze’ iets’ fout heeft gedaan. Een van de pedagogisch medewerkers loopt naar Ivo toe en troost hem Tegen Marieke zegt ze:’ Nee Marieke, je mag niet slaan, dan moet Ivo huilen, dat doet pijn. Geef hem maar een handje en dan kunnen jullie misschien samen met de poppenwagen rijden? Kom maar, samen achter de wagen.’
Soms is gedrag niet te negeren, met name wanneer er gevaar dreigt of het andere kinderen betreft. Afhankelijk van de bedoeling van het kind zal het gecorrigeerd worden. De pedagogisch medewerker laat dan zien op welke manier het ook kan, zonder dat er een conflictsituatie ontstaat.
- Even lijkt het allemaal goed te gaan, maar na een rondje vindt Marieke het toch echt tijd worden dat Ivo even helemaal weggaat bij de poppenwagen. Ze slaat hem nogmaals en knijpt hem ook heel hard in zijn arm. Ivo is nu helemaal overstuur en Marieke…zij lacht en rijdt weg met de poppenwagen.
Tijd om boos te worden op Marieke. Wat ze nu heeft gedaan, kan echt niet en dat moet ook aan haar duidelijk gemaakt worden. De pedagogisch medewerker pakt haar op en zet haar even op de bank: ‘Marieke, ik vind het niet leuk dat je Ivo weer pijn doet. Blijf maar even op de bank zitten.’ De pedagogisch medewerker loopt weg en Marieke blijft beteuterd zitten.
Na enkele minuten komt de pedagogisch medewerker terug en vraagt aan Marieke of ze nu weer rustig kan spelen, zonder Ivo pijn te doen: ‘Ok? Vriendjes?’
De situatie liep uit de hand en de pedagogisch medewerker moest Marieke nu echt afremmen, door haar uit de situatie te halen. Op Coccinelle zal een kind op deze manier gecorrigeerd worden. Het kind mag op dat moment niet meer met het speelgoed spelen.
We vinden het wel belangrijk dat je niet Marieke als persoon afkeurt. Dit kun je voorkomen door enkel haar gedrag af te keuren: ‘Marieke, ik vind het niet aardig van je dat je Ivo slaat.’
Ook het belonen van een ander kind, kan het kind stimuleren tot het tonen van ‘correct’ gedrag.
Wanneer een conflictsituatie telkens terugkeert, overleggen we met de ouders. Door samen te observeren en één lijn te trekken als het gaat om corrigeren, geeft dit structuur en duidelijkheid aan het kind.
Activiteiten
Op Coccinelle worden verschillende activiteiten georganiseerd. Hierbij wordt er gezorgd dat er per leeftijdscategorie ingespeeld wordt op ontwikkelingsgebieden van het kind. Bij het kind van 0-1 jaar zijn de activiteiten meer gericht op het zien, horen en voelen. Wanneer het kind ouder wordt zal het meer uitgedaagd gaan worden op de creatieve ontwikkeling door het aanbieden van o.a. verschillende materialen. Verhaaltjes, versjes en liedjes dragen bij aan de taalontwikkeling van het kind. Bewegingsspelletjes en kinderyoga zijn voorbeelden van activiteiten die bijdragen aan motorische ontwikkeling. Deze activiteiten worden in verschillende vormen aangeboden, nl;
Thema- projecten
Elke groep verzorgt elk jaar een eigen thema (bijvoorbeeld ‘wie ben ik’, reis om de wereld’, ‘water’) waar zij samen met de kinderen aan werken. Tijdens de projecten wordt er leeftijdsadequaat gewerkt zodat elk kind wordt betrokken bij het project en wordt er ingespeeld op alle ontwikkelingsgebieden. Aan het eind van het jaar wordt het project gepresenteerd aan de ouders. De prestentatie wordt aangevuld met foto- en/of videomateriaal zodat het project visueel in beeld wordt gebracht.
Souterrain
In het souterrain (de voormalige bakkerij van de Dominicanen) worden activiteiten voor kinderen van 2,5 tot 4 jaar aangeboden. De activiteiten spelen meer in op de behoefte van de kinderen tussen de 2,5 tot 4 jaar.
Elke groep maakt minimaal één keer per week gebruik van het souterrain.
Er worden verschillende activiteiten aangeboden o.a.:
– Koken, er is een keukenblok waar kinderen op kinderhoogte aan kunnen werken.
– Bewegingsspellen en concentratiespellen.
– Liedjes en muziekactiviteiten.
– Knutselen met kosteloos materiaal of er kan aan grotere projecten gewerkt worden.
Muziek op schoot
Twee keer in de maand beleven de kinderen van Coccinelle veel plezier aan de komst van Ans Hofer, een gecertificeerde muziek docent.
Zowel de baby’s, dreumesen en peuters worden betrokken bij “Muziek op schoot”. Er wordt ingespeeld op actuele activiteiten van het jaar. Kinderen ontwikkelen zo een muzikale basis en het bevordert de sociaal- emotionele ontwikkeling van het kind, maar het gaat vooral om het plezier die de kinderen ervaren!
Project ‘Opa’s & Oma’s’
Een keer in de maand gaan zes à zeven kinderen vanaf 2,5 jaar naar het verzorgingstehuis Nijevelt waar zij een bezoek van ongeveer een uur brengen aan de ‘opa’s en oma’s’. Daar zingen ze samen liedjes of spelen o.a. met de bal, hierbij moet gedacht worden aan eenvoudige activiteiten. Belangrijk is dat de kinderen en de ouderen samen genieten.
Feest vieren
Het vieren van feesten hoort erbij! Feestvieren draagt bij aan het groepsgevoel en zorgt voor spanning en afwisseling. Tegelijkertijd leren de kinderen omgaan met hun eigen emoties zoals vrolijkheid, angst en verlegenheid. Over het algemeen worden de vieringen op een bescheiden wijze gevierd. Belangrijk vinden wij dat het gezellig is.
Traditionele vieringen
Op Coccinelle besteden we aandacht aan het vieren van verjaardagen en een afscheid, maar ook aan traditionele vieringen zoals Sinterklaas, Kerst en Pasen waarin verschillende activiteiten zoals pietengym, een kerstlunch of paaseieren zoeken, worden aangeboden.
In de periode voor Sinterklaas, Kerst en Pasen besteden we aandacht aan het aankleden van de groepsruimtes. Samen met de kinderen worden de versieringen gemaakt. Ook zingen we liedjes en vertellen we verhalen rondom het thema.
Coccinelle dag
Jaarlijks wordt er in het derde kwartaal door de ouderraad, MT en pedagogisch medewerkers, een feestelijke Coccinelle dag georganiseerd. Op deze dag is het feest met allerlei activiteiten.
Verjaardag
Wanneer een kind jarig is, maken we een feestmuts en een aankondiging. Zo kan iedereen goed zien wie er jarig is en hoe oud het kind is geworden.
Met de ouders spreken we af hoe laat het feest wordt gevierd. Zij mogen natuurlijk bij dit feest aanwezig zijn. Het vieren van verjaardagen is immers niet alleen een spannende en belangrijke dag voor de kinderen maar ook voor de ouders. Foto’s mogen, met toestemming van ouders, gemaakt worden! De kinderen mogen op de groep trakteren. Kinderen mogen zowel een ‘gezonde traktatie’ als een taartje of cake trakteren. Tijdens het feest gaan alle kinderen aan tafel en we zingen verjaardagliedjes. Hierbij krijgen de kinderen ook ieder een muziekinstrument. Na het zingen krijgen ze sap en mag de eventuele traktatie uitgedeeld worden. Als afsluiting van het feest krijgt het kind een verjaardagscadeau van Coccinelle.
Wanneer een kind afscheid neemt van Coccinelle
Als een kind afscheid neemt op Coccinelle, wordt dit ook gevierd. Er breekt voor het kind een nieuwe en spannende periode aan. Hij kan deze dag afscheid nemen van zijn vriendjes, vriendinnetjes en de pedagogisch medewerkers. Ook is het voor de andere kinderen duidelijk dat het kind vertrekt. De pedagogisch medewerkers zullen zorgen voor een leuke herinnering, in de vorm van een afscheidsboek; met foto’s, plaksels en knutselwerkjes.